- Tweeëndertigste editie - 20 april 2024 - 2e Jaargang -
'Hey Bro, onze eigenste Kathleen heeft een boek uit’.
‘Bijna, Bro, bijna’.
‘Okee, maar het gaat wel eerstdaags in druk’.
‘Yep, en meteen in het Nederlands en het in het Spaans’.
‘Kathleen woont in Spanje, een vertaling naar het Spaans zat er dus wel aan te komen’.
‘Ja, maar ze komt wel naar België voor een paar signeersessies’.
‘Allen daarheen, zou ik zeggen’.
‘Zeker doen, Bro’.
Hans Lengeler, Lorgues
Jeroen Vermeiren, Gent
Beste Serge Simonart,
U bent het monstre sacré van de rockjournalistiek. U was een inspiratiebron voor Prince die U bewonderde omwille van Uw scherpe analyses en U complimenteerde met de woorden: “Dat is een zeer intelligente vraag die U me daar stelt, beste Serge - mag ik U Serge noemen? - zo had ik mijn eigen muzikaal oeuvre zelf nog niet bekeken. Dank U voor dit nieuwe inzicht”.
Tenminste, zo schreef U het min of meer neer in één van Uw uitmuntende artikels. Maar hé, wie laat zich al niet eens verleiden tot enige zelfbewieroking? Niets menselijks is ons vreemd.
David Bowie beschouwde U als zijn BFF en het verhaal doet de ronde dat hij net voor hij zijn laatste adem uitblies, fluisterde: “Serge Simonart…”.
Uw licht schijnt fel en werpt lange schaduwen over simpele geesten in een grauwe wereld.
Je t’aime.
HL
Soms zijn meisjes de beste pleister op je hart. Roosje, Rosita, Roosie, Roos.
Het stond in de sterren geschreven dat ze onlosmakend met ons gezin verbonden zou zijn. Twee vriendinnen die in dezelfde nacht bevallen. Twee baby’tjes die, na maanden duisternis, bijna op hetzelfde moment voor ’t eerst hun oogjes openen en hun longen vullen met lucht. ‘Dat ik toch wel 1 uurtje ouder ben’ zal mijn zoon later regelmatig droogjes opmerken, want ja, dat ‘uurtje’ is natuurlijk een zee van tijd als je jong bent. Gust en Roos weven twee gezinnen aan elkaar.
En ik die nooit geloofd heb in een horoscoop, sta soms met grote ogen te kijken naar hun gelijkenissen: allebei uiterst fijnbesnaarde wezentjes met antennes die mensen en sferen kunnen aanvoelen alsof ze over een ‘sixth sense’ beschikken. Twee spraakwatervallen, dat ook. Zet die twee samen en uw oren vallen er bijna af.
Roos glijdt ons gezin binnen en ook al is deze keer het thema van haar vakantie: ‘treinreizen en een begrafenis’, Roos zorgt voor afleiding en troost. Op de trein doe ik alsof ik druk bezig ben op mijn scherm maar mijn oren zijn gedrapeerd over de zitjes waar zij geanimeerd met mijn jongens praat en lacht. Ik kom meer te weten over mijn jongens in die 10 dagen dan in de afgelopen 10 jaren. Roos doet echt iedereen openbloeien, zelfs de meest knorrige en teruggetrokken puber.
En ik ben in de zevende hemel met ‘mijn meisje’ in huis want wanneer krijg ik ooit de kans, in dit gezin met uitsluitend mannen, om onder een dekentje in de zetel te verdrinken in de blauwe ogen van één of andere tieneracteur alsof ik ook terug 14 jaar oud ben? Om hits mee te zingen zonder bekritiseerd te worden? Ik zwaai naar vriendinnen op schermpjes en wordt ondergedompeld in het leven vol drama van een tienermeisje. Mijn huis is een half beautysaloon waarin haren geverfd worden of gestyled met krullencrème. Nagels worden gelakt en oren voorzien van extra oorbellen terwijl er gepraat wordt over alles wat het leven met zich meebrengt: die ingewikkelde relatie met het eigen lijf en het opgroeien tout court. De ontluikende eerste liefdes. De innige vriendschappen met af en toe een frictie. Maar ook: ‘Bert verstopt zijn verdriet achter grapjes maar ik zie het wel dat hij droevig is en jullie heeft gemist’. Al die wijsheid en die immer aanwezige gevoeligheid. Iedereen verdient een Roosje in huis.
En in mei komt er nog zo’n speciaal bloempje op bezoek. Het kleine meisje in mezelf maakt alvast een vreugde sprongetje en wacht vol ongeduld tot het weer buiten kan komen spelen.
SL
Zo bewogen als de weken zijn, zo bewogen zijn de weken. Nu is dansen, vliegen, springen, duiken, vallen, opstaan en weer doorgaan beter dan om het even welke inertie. De fysica houdt niet van inertie. Zoveel meen ik me nog te herinneren van de lessen natuurkunde. Een lichaam in beweging wil in beweging blijven. Ik wil ervan af zijn, maar ik geloof dat het Newton was die daarmee op de proppen kwam. Hoe dan ook: laat alles maar zeer bewogen zijn. Liever dat dan stilstand.
De lucht is blauw en in de zee zwemt de kabeljauw, dat is nog zo’n constante, zij het eerder van biologische dan van natuurkundige aard. Nu is de lucht natuurlijk niet altijd blauw en al zeker niet in Vlaanderen, een scheet groot, maar al maanden in de ban van wind en regen en grauwe grijsheid. Gelukkig zal de kabeljauw wel altijd in de zee zwemmen en niet pakweg in de Schelde of de Leie. Laat staan een banale visvijver ergens te velde. Afijn, zolang er nog kabeljauw is natuurlijk. Ondertussen krijgen vissers al jaren een quotum, kwestie van het verdwijnen van de soort te voorkomen.
Ik heb nog meer wetmatigheden te geef. Zoals: 'was sich liebt, das neckt sich'. Ik ken geen reet, laat staan een jota Duits, maar weet wel dat het vrij vertaald zoiets betekent als: 'wie van elkaar houdt, doet elkaar pijn'. Nou. Aan mijn fraaie verzameling pijn af te meten, is er al heel erg en onmeetbaar intens van mij gehouden. Toch als we in deze mogen uitgaan van een recht evenredigheid.
Voorzichtigheid is de moeder van de porseleinenwinkel, die zou ik u ook nog zomaar kwansuis rond de oren kunnen kletsen, maar er zijn grenzen, ook aan aforismen en natuurwetten. En al zeker aan clichés. Laat ik die olifant dus maar even genadeloos als spreekwoordelijk omver knallen. Met andere woorden: niet voor echt. Al denken ze daar in Botswana anders over. Daar lopen 130.000 van die mastodonten rond. Zoveel dat ze er geen blijf meer mee weten en een gecontroleerde jacht willen invoeren. Tot groot ongenoegen van Duitsland, dat prompt protesteerde. Niet erg consequent van de Ariër, als je weet dat hij de grootste importeur is van olifantentrofeeën. De president van Botswana, Mokgweetsi Masisi (wat een heerlijke naam heeft die man!), wilde Duitsland van de weeromstuit 20.000 olifanten cadeau doen. Gratis en voor niets. Ik zie het al voor mij: het Zwarte Woud dat verinneweerd wordt door een kudde losgeslagen slurven. Benieuwd hoelang het duurt voor den Duits dan het grof geschut bovenhaalt om een paar duizend kolossen om te leggen. Persoonlijk ben ik er natuurlijk grote voorstander van dat alles en iedereen blijft leven. Maar ik kan me voorstellen dat de gemiddelde Botswanees anders kijkt naar 130.000 equivalenten van lichte vrachtwagens, die dorpen, gewassen en wie weet wat nog naar de verdoemenis helpen.
Zijn er andere stellingen waarmee ik u nog wil verblijden? Ma ba niejt, eigenlijk niet. Ik ben toe aan de zomer, dat wel. Al lijkt me dat eerder een verlangen dan een stelling. Voorlopig zit de zon hoofdzakelijk in die gin-tonic na het werk. En in de tweede, die dient om de eerste af te leren. De zegen een Bourgondiër te zijn, geen hond die me dat ontneemt.
JV
Tja, ik val in herhaling. Maar bestaat het leven niet eigenlijk uit herhaling, uit eindeloze variaties op een thema?
Het was dinsdag en dan ga ik al vroeg naar de markt. Voor wie overweegt om ooit in Lorgues te komen wonen is dit een gouden tip: ga vroeg naar de markt. Niet alleen heb je dan de keuze uit de mooiste groenten, er loopt je op dat tijdstip nog niet teveel volk voor de voeten.
Ik denk graag van mezelf dat ik een vredelievend mens ben. Maar van zodra ik tussen een massa volk loop, verander ik in een halve wilde. Ik wil iedereen die me in de weg loopt in hun zevende chakra schoppen. Dat overkomt me ook in het grootwarenhuis als er midden in de gang winkelwagentjes staan die mijn doortocht blokkeren. Je wil niet weten wat voor lelijks er op dat moment door mijn gedachten gaat. Ik durf het soort scheldwoorden dat ik ter plekke bedenk zelfs niet luidop uit te spreken, maar denk gerust aan alle mogelijke combinaties met het woord kaka. Ik heb er gewoon geen geduld meer mee, met lanterfanters en kletsmajoors die vinden dat heel het verkeer zich moet aanpassen aan hun gezigzag.
Maar goed, het was dinsdag en dan ga ik naar de markt. Eerst moet je door de sectie non-food. Denk aan kousen, onderbroeken, sjaaltjes, kledij die twee jaar geleden in de mode was, werkbroeken voor de mannen (kaki of camouflage), hoeden en petjes, armbandjes en juwelen, matrassen, ijzerwerk, keukengerief, gereedschap allerlei, zonnebrillen en speelgoed. Pas op de Boulevard de la République bevind zich de voeding. Hier word je verleid met kruiden, groenten en fruit, vis en gebraden kippen.
Ik ga dus bij voorkeur vóór negen uur. De non-food is dan nog in volle opbouw maar de droge en verse voeding is reeds helemaal present.
Ik doe mijn inkopen steevast bij het groentekraam van Sandrine. Zij en haar man verkopen hun eigen kweek en ze voelden zich laatst heel erg beledigd toen een onverlaat informeerde of ze pesticiden gebruikten op hun veld. ‘Non! Jamais!’, riep Sandrine. Ik geloof haar. Hun fruit en groenten zien er echt uit alsof ze gisteren werden geoogst. Geen gepolijste tomaten, geen opgezwollen aubergines, geen proper gewassen courgettes. Wel rare vormen en meestal vrij klein van stuk. Maar de smaak? Mmmmmm.
Sandrine heeft de beste aardbeien van de hele markt - ze smaken naar bosaardbeien - en ik betaal er met plezier een halve euro per bakje méér voor dan voor de industriële “Fraises de Carpentras”, de Franse variant van de Belgische aardbeien uit Hoogstraten zeg maar. Niks mis mee, daar niet van, maar niet te vergelijken met de oogst van de kleine teler die zoveel zoeter en rijper smaakt.
Het groentekraam van Sandrine is dus beperkt qua aanbod maar je moet er nooit aanschuiven. Sandrine doet niet aan verleiding via een mooie verpakking of decor. ‘Ce n’est pas l’emballage qui compte, mais ce qu'il y a dedans’, zegt Sandrine. Gelijk heeft ze.
Terwijl ik mijn mandje vulde, begon ik plots onbedaarlijk te niezen. Je moet weten, er stond een stevige mistral dinsdag. Ik zette mijn boodschappenmand opzij en niesde in mijn elleboog. ‘Het is niet erg’, troostte Sandrine me, ‘het is het seizoen van de pollen. Onze remorque lag vanochtend onder een laagje geel stof, en nu met die wind…’. ‘Ja’, antwoordde ik, ‘je kan ze echt zien zweven in het zonlicht, de pollen. Het gaat wel weer voorbij’.
Christel (zonder dubbele L en E achteraan, uit Bras) belde maar ik nam niet op. Het zijn steeds gesprekken van minstens anderhalf uur en ik had andere bezigheden. Maar ze sprak een boodschap in. Dat ze het onkruid uit de tuin had gewied en dat ze helemaal was overbeten door muggen. Nu al! En dat er zoveel stof in de lucht hangt. En dat de mistral weer flink tekeer gaat. ’Enfin, ik belde zomaar. Bisousbisous’.
Terug thuis vond ik de gang en de trappen naar het vierde vol verhuisdozen. De deur van het appartement op het derde stond open en ik stak even mij hoofd binnen om kennis te maken. Na maanden leegstand heb ik een nieuwe onderbuur. De man stelde zich voor als Valéry, ne man alleen, freelance graphiste et webdesigneur. Ik stelde me voor als Hans, ne man alleen, freelance graphiste et webdesigneur. Dat belooft.
Ofwel worden we dikke vrienden en drinken we ons elke avond samen een stuk in onze kraag, ofwel pest ik hem buiten. Ik heb nog niets beslist, we zien wel.
Maar dat is voor later, als de wind gaat liggen. Want na een week onafgebroken mistralgeweld is mijn aura helemaal verwaaid en zo kan ik echt niet onder de mensen komen.
HL
De jaren ’80 zal zo ongeveer het laatste decennium in de westerse geschiedenis geweest zijn dat er een bepaald soort verkopers bestond aan wie je bijvoorbeeld twee briefjes van 100 frank kon geven om een rekening van 186,35 frank te betalen, en die dan meteen in hun kassa graaiden en je zonder verpinken 13,65 frank wisselgeld gaven. Ik weet niet in welke periode er kassa’s kwamen die automatisch het verschil uitrekenden; ik weet enkel dat ik in mijn kindertijd live voorbeelden gezien heb van bliksemsnel hoofdrekenen, en later nog maar zeer zelden.
In de lagere school kon je toen ook niet anders dan alles zelf uit het hoofd uitrekenen. Wij hadden geen mobiele telefoons, laat staan zakrekenmachines. Het meest gesofisticeerde product ter rekenkundige ondersteuning was een potlood waarop de maaltafels stonden afgedrukt. Dat was dus een potlood waar je niet mee kon schrijven, want zodra je aan het slijpen ging, verdween de informatie (very James Bond, nu ik erover nadenk).
Op de middelbare school veranderde dat, want toen kwam er op de aankooplijst een rekenmachine te staan, en niet zomaar een rekenmachine: de Galaxy 40 van Texas Instruments. Het mocht geen andere zijn. Maar waarom zou je een andere willen? Op de Galaxy kon je álles, al die rare bewerkingen waar ik nu, dertig jaar later, de namen totaal van vergeten ben. Bovendien had de machine een beschermend deksel dat je eraf kon schuiven en er dan aan de achterzijde kon aanschuiven zodat je het niet kon verliezen. Dat deksel bood tieners ook heel wat plaats om met tipp-ex witte vlakken te creëren waarop boodschappen geschreven konden worden, zoals songteksten van Roxette of de naam van je lief. En probeer maar eens een rekenmachine met een coolere naam te vinden. Ja, het was werkelijk een prachtig instrument. Een troost tijdens de wiskundeles.
De meest populaire truc met die rekenmachine was trouwens een bewerking waarbij je een aantal cijfers met elkaar moest vermenigvuldigen, cijfers die te maken hadden met een jong koppeltje dat naar een film ging kijken die x minuten duurde, en dat ze popcorn hadden gekocht die y frank kostte, en wat er dan na z minuten gebeurde. Die bewerking moest uitkomen op 50753078, want als je dan de rekenmachine omdraaide, stond er duidelijk de prikkelende boodschap BLOESLOS te lezen. Als je dat met de rekenmachine op je gsm probeert, gaat alle magie verloren, want de 7’s staan te schuin, de 3’en zijn te rond en je moet eerst je scherm blokkeren, anders kan je de uitkomst niet eens omdraaien. Tsss. Vooruitgang noemen ze dat.
Om nog maar te zwijgen van de teloorgang van het hoofdrekenen (ik weet dat ik nu dubbel zo oud klink als ik ben, maar gun mij dit even). Laatst had ik poké bowls aan huis besteld omdat dat de enige manier is waarop je tegenwoordig nog voor een schappelijke prijs zalm kan eten (klaagmodus ON, ik had je gewaarschuwd). Ik had dertig euro klaarliggen om de rekening van 26,5 euro te betalen en rekende even uit het hoofd hoeveel wisselgeld ik moest terugkrijgen. Dat was niet moeilijk: een halve euro om tot 27 te geraken, en dan 3 euro erbij is dertig. Drieënhalve euro dus. Even later kwam een jongen op een scooter het eten leveren. Ik gaf hem een briefje van twintig en een briefje van tien. Hij haalde zijn gsm boven en gaf in: 30 - 26,5. Toen ik hem dat zag doen, kreeg ik even een klein schokje in mijn hersenen. Het voelde alsof ik kortstondig een blik in de toekomst kon werpen, een toekomst waarin mensen aan machines vragen hoeveel twee plus twee is.
Uiteraard neem ik het die jongen niet kwalijk - kind van zijn tijd. Misschien begin ik echt oud te worden. En ik kreeg gelukkig drieënhalve euro terug, en daar gaat het tenslotte om.
Maar toch.
KV
Onze eigenste Au Parleur-redactrice, Kathleen Verbiest, heeft een boek gepleegd. Het is dan ook met enige trots dat wij dit nieuwtje onder de aandacht brengen.
Iedereen is meteen uitgenodigd op de signeersessie (zie beeld met hyperlink verderop).
De redactie
Februari 2020, net voor de eerste coronagolf.
In een supermarkt in Barcelona zakt een man in elkaar. In Valencia valt een vrouw voor een collega, en in Madrid voelt een priester onheil naderen.
Geen van hen is er zich van bewust dat de komende maanden hun leven drastisch zal veranderen. Dat hun wereld zal gereduceerd worden tot woonkamers, trappenhallen en supermarkten. Dat ze behalve hun vrijheid ook liefde zullen verliezen, en af en toe zichzelf. Maar elke crisis zet de veerkracht van het menselijke hart in werking. Misschien is het net daarom dat op zulke momenten de drama´s uit het verleden aan de oppervlakte komen en vragen om de aandacht die ze verdienen…
Kathleen Verbiest (1980) is taalleerkracht en werkt als freelance journalist en schrijver, onder andere voor Femma Wereldvrouwen.
Ze werd geboren in België, studeerde in Noord-Ierland en verhuisde vijftien jaar geleden naar Spanje. Momenteel woont ze daar nog steeds, in een dorpje ten noorden van Valencia -waar ze over tien jaar zal wonen, weet ze nog niet. De band met haar moederland houdt ze strak via de blog rafelkath.wordpress.com.
Per grote uitzondering ging de wekelijkse vergadering van de Intellectuele Intelligente Humauricetenclub niet door in ons vertrouwde achterkamertje van Café De Zweep maar namen wij die donderdag plaats op het tuinterras van ons gewaardeerd lid, Gerard Glasberg.
Gerard is een exponent van de kaasbeleving en hij nodigde Frans-Jozef Boon en mezelf uit voor een kleine degustatie. Om begrijpelijke redenen kon dit niet plaatsvinden in onze herberg - de baas zou er niet mee zijn opgezet dat de klant zijn eigen drank en voeding meebrengt - maar begaven Frans-Jozef en uw dienaar zich dus naar het oude ouderlijke huis van Gerard. Sinds Gerards moedertje is overleden zijn er wat renovatiewerken uitgevoerd en Gerard wilde ons oordeel over de herinrichting van de benedenvloer en de heraangelegde tuin. Zodoende.
Gerard leidde ons doorheen een benedenverdieping die nog geurde naar verse Latex . ‘Mijn complimenten, beste vriend’, sprak ik, ‘je hebt dat heel smaakvol gedaan. Misschien zou ik één en ander anders hebben aangepakt, maar wat mij betreft heel geslaagd. Met het neerhalen van die overbodige tussenmuren heb je nu een heel ruime salon waarin je babyvleugel goed tot zijn recht komt. Heb je nog steeds geen spijt dat je niet voor een Steinway koos indertijd?’.
Gerard sloeg enkele toetsen aan. ‘Neen hoor’, antwoordde hij, ‘ik ben heel tevreden over mijn Kawai, die was een stuk goedkoper maar klinkt toch heel dynamisch. Tenslotte geef ik geen concerten en speel ik voornamelijk voor eigen vermaak’. Gerard staarde een moment in gedachten verzonken voor zich uit maar herstelde zich snel. ‘Mag ik jullie uitnodigen op het terras? Het zo’n zacht weer vanavond, daar moeten we van profiteren’, sprak hij vriendelijk.
‘Beste Gerard’, merkte Frans-Jozef op, ‘niet dat ik twijfel aan je veelzijdigheid, maar dit interieur lijkt me toch uitbesteed’. ‘Uiteraard’, antwoordde Gerard, ‘ik heb gewerkt met interieurbureau Sablon. Ze hebben tevens gezorgd voor een goeie aannemer die de werken heeft uitgevoerd. Het was prijzig maar ik ben er tevreden mee. De tuin werd onder handen genomen door Tuin Vol Leven uit het Gentse, hele fijne mensen om mee te werken. Maar kom mee naar buiten voor een glaasje Veuve Cliquot om ons smaakpalet te stimuleren’. ‘Je raadt mijn gedachten’, lachte Frans-Jozef.
We klonken op de vriendschap en het goede leven.
‘Beste vrienden’, vervolgde Gerard, ‘ik ben vanochtend voor jullie naar Leuven gereden. Volgens mij is er maar één speciaalzaak waar je kaas, die naam waardig, kan vinden en dat is bij Elsen in de Mechelsestraat. Ik koos voor de gelegenheid een selectie Britse kazen en ik heb bij Prik & Tik naar wat Engelse bieren gezocht die hierbij zouden moeten passen’.
Frans-Jozef fronste de wenkbrauwen. ‘Bieren?’, zegde hij, ‘Bij kaas? Je neemt hier wel een risico’. Ik onderbrak mijn vriend Frans-Jozef. ‘Bier en kaas zijn niet ongewoon’, sprak ik, ‘Ik heb tijdens mijn studiereizen wel vaker de gelegenheid gehad om me in deze combinatie te mogen verheugen. Denk maar aan een goeie Orval met abdijkaas, daar is niks mis mee. Alleen hebben we het hier over Britse kazen en dat ligt wat gevoeliger bij mij. Britse kaas in combinatie met Engels bier bezorgt mij geheid nare dromen. Maar zolang je ons geen gesmolten Welshe kaas opdient, wil ik het een kans geven’.
Gerard lachte onze bezorgdheid weg. ‘Heb vertrouwen, beste vrienden’. En hij haalde uit zijn vernieuwde keuken een mooie plank waarop hij een Chesire, een Westcombe Cheddar, een Stilton en een Perl Wen had geschikt. ‘Begin met de Perl Wen’, stelde hij voor, ‘en eindig met de Stilton’. Qua bieren kregen we de keuze uit een John Smith's Extra Smooth, een Newcastle Brown Ale, een Sharps Doom Bar, een Marston's Pedigree en een Belhaven Best.
We braken het brood en proefden in stilte van de kaas en het bier. ‘Voorwaar, Gerard’, sprak ik, ‘je doet je reputatie eer aan. Ik ben blij verrast want dit had ik niet verwacht. Wat een prachtige avond en wat een mooi samenzijn met de leden van de Intellectuele Intelligente Humauricetenclub. Je Stilton is een aanslag op mijn smaakpapillen maar de geur van de hyacinten uit je tuin verzacht mijn leed’.
Frans-Jozef, wijnkenner en autoriteit op het gebied van Zweedse hermetische poëzie tijdens het interbellum, werd overmoedig en improviseerde ter plekke een gedicht, geïnspireerd op het werk van Olaf Gustavsson. ‘Låt oss dricka ur skallen på våra besegrade fiender, ta med kvinnorna och låt dem sitta i våra knä’, oreerde hij.
Met tranen in de ogen sprak ik, ‘Beste vrienden, beter dan dit wordt het niet. Dank jullie’.
HL
Goede goedmenende lezer,
Baken van de weldenkendheid,
Genunanceerde medemens,
Het is tot u dat ik mij richt.
Er moet mij een en ander van het stilaan haperende hart. (Ik weet het: ik zou wat minder de pijp aan de lippen moeten zetten, maar anderzijds wil ik mezelf dat weinige plezier wel gunnen. Ook als het betekent dat mijn tikker tegendraads gaat doen.)
U en ik, goede lezer, wij moet het hebben over de geschiedenis en hoe zij al te vaak geneigd is zich te herhalen, tegen beter weten in. De jaren dertig van de vorige eeuw, dat zijn de jaren twintig van deze eeuw. Mark my words, zeggen ze in het Engels. Vrij vertaald: ge zult wel zien!
De duisternis van weleer, de schaduw van het fascisme, de terugkeer van Mogol, het is allemaal meer op handen dan u voor waar wil nemen. Natuurlijk is het trekken van parallellen tussen de opkomst van het fascisme in de jaren dertig van de vorige eeuw en tal van hedendaagse gebeurtenissen een complexe kwestie. Een kwestie die voorzichtigheid vereist. Edoch, er zijn onmiskenbaar wetenschappelijk onderbouwde aanwijzingen die ons nodig tot ongerustheid moeten nopen!
Net als in de jaren dertig zien we vandaag de opkomst van populistische en demagogische leiders welig tieren. Deze heren – want dat zijn het toch overwegend, dames weten wel beter – maken niet zelden gebruik van een retoriek die inspeelt op de angsten en frustraties van de bevolking. Tevens beloven zij snelle en eenvoudige oplossingen voor complexe problemen. Laat mij u vertellen: ingewikkelde kwesties kennen geen simpele remedies!
Er is meer! De sterke politieke polarisatie en verdeeldheid die wij vandaag zien, is vergelijkbaar met de verdeeldheid die men kon waarnemen tijdens de opkomst van het fascisme in de dertiger jaren van de vorige eeuw. Een dergelijke tegengerichtheid kan leiden tot een verminderd vermogen om compromissen te sluiten en erger nog: tot een verlies van vertrouwen in de democratische instellingen.
En er is nóg meer! Net als in de jaren dertig vormen sociaaleconomische ongelijkheid en onzekerheid een voedingsbodem voor extremistische ideologieën en politieke bewegingen. Werkloosheid, economische recessies en andere vormen van onrust leiden nu eenmaal tot sociale ontevredenheid. Alras doen radicale oplossingen dan hun intrede. Ook al vermogen zij geen soelaas te brengen.
Een zorgwekkende trend die heden hoogtij viert, is de erosie van onze democratische instellingen en normen. Zulks manifesteert zich op velerlei wijzen. Denk maar aan de talrijke aanvallen op de persvrijheid, of aan de vurige pogingen tot ondermijning van de rechterlijke macht én het bepleiten van antidemocratische wetgeving. Dat mag allemaal geen toeval heten. Neem het aan van een eenvoudige butler.
Wacht even. Excuus, goede goedmenende lezer. Ik laat me wat meeslepen door oude demonen, met name die demonen die mijn voorouders zo getekend hebben, en onrechtstreeks zo ook mezelf. Laat mij de focus weer brengen op wat er echt toe doet, op al wat een verschil kan maken. En dan kom ik onvermijdelijk uit op de etiqette in verkiezingstijd. Sta me toe daarover enige wenken te geven, om niet te zeggen een gematigde strijd te bepleiten. Een strijd, bovenal, die te allen tijde geworteld staat in de nobele principes van de democratie én de fairplay. Ik wil campagnevoerende politici derhalve oproepen, neen, aan te manen de komende maanden bepaalde principes hoog in het vaandel te hijsen. Te weten:
Respect voor tegenstanders is elementair en cruciaal
Hoewel campagnes vaak gepaard gaan met intense concurrentie, wordt van kandidaten verwacht dat ze hun tegenstanders respecteren. Persoonlijke aanvallen, smaad en laster worden over het algemeen als ongepast beschouwd. Het is belangrijk om de focus te houden op beleidskwesties en de eigen kwalificaties, in plaats van het denigreren van tegenstanders. Men spele de bal, niet de man!
Eerlijke communicatie
Kiezers hebben recht op eerlijke en nauwkeurige informatie. Het verspreiden van misleidende demagogie of het bewust aanjagen van leugens over tegenstanders is afkeurenswaardig! Feitelijke feitelijkheden moeten altijd primeren. Manipulatieve tactieken zijn niets meer of minder dan verwerpelijk!
Respect voor het kiespubliek
Kiezers verdienen respect en moeten met waardigheid worden behandeld. Dit impliceert het vermijden van denigrerende of neerbuigende opmerkingen over bepaalde groepen kiezers. Het is daarnaast immens belangrijk een inclusieve boodschap uit te dragen. Hij of zij die het oprecht goed meent met de goegemeente moet iedereen aan boord willen!
Transparantie m.b.t. financiering
Follow the money is een courante Engelse uitspraak. Zorg er dus voor dat uw fondsen en financiers van onberispelijke aard zijn! Een opspraakje is snel geregeld. Hoedt u zich daarvoor!
Ingtegriteit
Het naleven van de regels en voorschriften die van toepassing zijn op verkiezingscampagnes is cruciaal. Dit omvat zaken als het juist rapporteren van uitgaven, het respecteren van campagnetijdlijnen en het vermijden van ongepaste campagnemethoden, zoals het kopen van stemmen of het intimideren van kiezers. Men dient, met andere woorden, terzake geen enkel voorbeeld te nemen aan ene Donald T., aan de overzijdse kant van de oceaan.
Weet dat in een gezonde democratie van kandidaten verwacht wordt dat ze zich houden aan zekere normen van fatsoen en onmiskenbaar respect voor het verkiezingsproces én de kiezers. Dát is in wezen de pijler van vreedzaam en genuanceerd samenleven. Ik reken op u allen, goede goedmenende lezers, om in deze een juiste attitude aan te nemen. Laat u zich vooral niet het hoofd op hol brengen door mooipraters in maatpakken, die in de luwte de honkbalknuppels al polijsten en de licht ontvlambare gasreserves al te enthousiast aanvullen!
Uw immer bezorgde
JP Hoofs
OVER JEAN-PIERRE HOOFS
Hij mag dan geen sant in eigen land zijn, Jean-Pierre Hoofs is een man met naam en faam, niet in het minst in het Verenigd Koninkrijk. Hoofs stond decennialang aan het hoofd van de Londense School for Butlers & Hospitality, een instituut met wortels die teruggaan tot de 19de eeuw. Na een rijkgevuld leven aan de overzijde van het Kanaal resideert de man sinds twee jaar weer in het lieflijke Brugge, zijn beminde geboortestad. Daar vult hij zijn dagen als gepensioneerde zinvol in, onder meer als vlot Engelssprekende gids in het Memlingmuseum. Daarnaast verblijdt én verlicht hij de lezers van Au Parleur met zijn wijze raad voor meer courtoisie en goede manieren.
JV
Lieve vrienden van Au Parleur!
Tony hier! Wat heb ik u allen gemist! Ik schrijf dit vanuit het verborgene, met dank aan de ZjoZjo, die een geweldig geheim onderkomen voor mij kon regelen. Op ZjoZjo kunt ge altijd rekenen!
Ik geef toe dat ik op zeker moment de pedalen kwijt was. Ik bedoel: die van ons die ervandoor gaat met ne man met een racket en een badmintonpluimpje, ge zou voor minder zot worden. En ook al werkte die van ons al langer op mijn zenuwen, om dan zo koud en kil aan de kant geschoven te worden? Awel, neen. Dat is niet schoon. Dat is lelijk. En daarmee gedaan. En al die lelijkheid, die heeft zich dus gewroken. Plots ging mijn licht uit. Of mijn kaars, of hoe ge dat noemt.
Nu ja. Had ik geweten dat ik bij die broeders en die Alexianen en die handtastelijke zot van een Vandervijzen was beland, ik had er wel voor gezorgd dat mijn licht aanbleef, miljaar! Wat ik daar gezien en meegemaakt heb, ge wilt het niet weten. Of waarschijnlijk wel, maar het is te schaamtelijk. Ik kan er niet over praten. Daarom ben ik ook tijdelijk ondergedoken. Ik moest ontsnappen uit de grijpgrage handen van Vandervijzen en dat moogt ge héél letterlijk nemen. De ZjoZjo heeft dat allemaal gearrangeerd en gelukkig maar!
Bon. Ik moet het kort houden. Het is belangrijk dat ik uit de klauwen van de psychiatrie ontsnape, want laat mij u één ding zeggen: ik ben niet zot! Tony! Is! Niet! Zot!
Ik hoop u de komende weken wat gedachten vanuit het verborgene te bezorgen. De wetten van Tony, dat is gedaan. Ik besef nu dat het een pose was om recht te blijven. Eerlijk is eerlijk: dat heb ik wel ingezien dankzij Vandervijzen. Maar zijn handen moet hij thuishouden en daarmee gedaan.
Allez, ik ben ermee weg. Maar ge hoort mij nog!
Groetjes van Tony!
Tony
JV
Gelijkenis:
Wat is de gelijkenis tussen een massagraf en identieke tweelingen?
Het heeft iets te maken met “lijken op elkaar”.
Sterk zuur:
Er is een tankwagen met zwavelzuur gekanteld en leeggelopen.
De file is vreemd genoeg na enkele uren vanzelf opgelost zegt de politie.
Beter één hand in de zak dan tien in de lucht of hoe ging dat weer?
Wie een put graaft voor een ander is een werkman.
De moeder is de olifant in de porselijnwinkel.
Waar zit die fout toch?
Ik geef het op. Ik weet het niet meer.
GDB
Beste Dokter Dupont,
Aangezien ik goede contacten heb in de Amerikaanse jet set kon ik een potje exclusieve aardbeienconfituur van Meghan Markle, de hertogin van Sussex, op de kop tikken. Ik heb er van gegeten en sindsdien ligt mijn maag in de knoop.
Ik heb al twee doosjes Rennie’s geslikt maar het lijkt wel of de confituur aan mijn maagwand blijft kleven. Ik krijg die rotzooi gewoon niet weg. Sinds een paar dagen kwam er ook nog constipatie bij.
Mijn Amerikaanse vrienden lieten me weten dat het meer een verzamelobject is dan dat het echt bedoeld is om te consumeren. Maar het is te laat. Ik heb daar kweeni hoeveel geld voor betaald.
Kan u mij helpen?
Tanja
Beste Tanja,
Waarschijnlijk is er plaaster of Polyfilla afwerkplamuur gebruikt als bindmiddel in het product dat je hebt gegeten. Dat komt soms voor bij hobbykoks.
Ik zou beginnen met jou een aspirientje voor te schrijven. Vervolgens kan je je best aandienen op spoed van het dichtstbijzijnde hospitaal voor een maagspoeling. Als dat niet werkt, moet men met hamer en beitel de Polyfilla operatief verwijderen. In het slechtste geval zal men overgaan tot een maagtransplantatie.
Mijn raad: blijf weg van Britse Royals.
Dokter Dupont
HL
Beste Au Parleur,
Ik hoorde op het gesproken dagblad van Radio 1 dat de CD&V zich niet langer verzet tegen de pedagogische tik. Denk je dat het vanaf nu opnieuw is toegelaten om de kleinkinderen een goei plamaaster te geven als ze zich niet gedragen?
Het is hier in ons WZC soms niet te doen als de klein mannen op bezoek komen. Pas op, ik zie die graag hè, maar af en toe een flinke draai rond hun oren hoort volgens mij bij een goede opvoeding.
Wa peizde,
Clem Vanmalderen
© Au Parleur - JEROEN VERMEIREN/HANS LENGELER 2023/update 2024
SINT-DENIJSLAAN 31A - 9000 GENT
11, BOULEVARD CLEMENCEAU - 83510 LORGUES - FRANCE
BEELDEN: EIGEN WERK & UNSPLASH